U bent hier
Provinciegouverneur geeft Dorpslijst Sander ongelijk
Provinciegouverneur Cathy Berx treedt niet op na de klacht die raadslid Joost Fillet (Dorpslijst Sander) op 21 april indiende over de organisatie en het verloop van de gemeenteraad, raad voor maatschappelijk welzijn en raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf Kontich op maandag 20 april 2020.
Fillet stelde dat de organisatie van deze vergaderingen de richtlijnen ter bestrijding van COVID-19 negeerde door de raadsleden samen met de algemeen directeur fysiek in de raadszaal van Het Gemeentehuis te verzamelen. Fillet en zijn partij verzochten de gouverneur om te onderschrijven dat deze vergaderingen werden gehouden in strijd met de coronarichtlijnen en te beoordelen of in de gegeven omstandigheden de genomen besluiten rechtsgeldig genomen werden.
“De diensten van de gouverneur stelden daarom een onderzoek in. Uit dit onderzoek blijkt nu duidelijk dat we als bestuur correct handelden”, zegt burgemeester Bart Seldeslachts (N-VA).
“Om te beginnen gold met betrekking tot fysieke vergaderingen van de gemeenteraad, van de raad voor maatschappelijk welzijn en van de raad van bestuur van het AGB Kontich, dat deze om evidente redenen werden afgeraden. Een wettelijk verbod op fysieke vergaderingen van voormelde bestuursorganen was er echter niet, wat betekent dat we nog steeds fysiek konden bijeenomen, uiteraard met strikte inachtneming van de hygiëne- en afstandsregels” weet schepen van communicatie Luc Abrams (Open VLD).
“Om volledig virtueel te kunnen vergaderen, spreekt het bovendien voor zich dat alle raadsleden over de nodige digitale middelen moeten kunnen beschikken en in staat moeten zijn om deze te bedienen. Dat was hier niet het geval. Daarom kozen we er voor om op 20 april ll. toch fysiek te vergaderen. Ik hecht er als burgemeester immers zeer veel belang aan dat op democratische manier wordt beslist. Dit vereist dat alle verkozenen mee kunnen beraadslagen en beslissen en dat zeker wanneer er een aantal belangrijke dossiers aan bod komen, zoals op 20 april ll. het geval was. Deze garantie was er duidelijk niet wanneer er digitaal zou zijn vergaderd. Komt daar bij dat wij er als bestuur logischerwijze voor opteerden om eerst in te zetten op het verzekeren van de dienstverlening aan de bevolking. Dit vereiste dat we prioritair aandacht besteedden aan de digitale noden van onze eigen personeel. Een andere bekommernis van ons bestuur is om enkel digitale middelen in te zetten die duurzaam, kwaliteitsvol en veilig zijn, zodat we ze ook na de crisis kunnen gebruiken en we dus geen dubbele kosten moesten maken”, vult Seldeslachts de argumentatie aan.
“Tot slot vonden de vergaderingen op een veilige manier plaats. De hygiëne- en afstandsregels werden wel degelijk strikt nageleefd, in tegenstelling tot wat de heer Fillet beweerde. Het is enorm spijtig dat we in deze moeilijke coronatijden, en wanneer al onze diensten hun uiterste best doen om alles vlot te laten verlopen, tijd en energie moeten steken in een dergelijke klacht”, besluit de burgemeester.